11 veeteeltbedrijven aangeduid als piekbelaster

In het kader van de uitvoering van het stikstofdecreet van 24 januari 2024 zijn vandaag elf veeteeltbedrijven aangeduid als piekbelaster. De bedrijven werden daarover in juni geïnformeerd.

De Vlaamse Landmaatschappij en het Agentschap Landbouw en Zeevisserij hebben samen de bedrijven die als piekbelaster zijn aangeduid geïnformeerd. In juni vonden bedrijfsbezoeken plaats, waarna er ook een aangetekend schrijven door de VLM werd verstuurd. De betrokken bedrijven kunnen bij de VLM en het agentschap terecht met hun vragen en bezorgdheden.

Hoe werd de aanduiding als piekbelaster bepaald?

De berekening van de impactscore gebeurde conform de bepalingen uit het stikstofdecreet. Een piekbelaster is een bedrijf waarvan de impactscore hoger is dan of gelijk aan 50%. Voor de aanduiding van de piekbelasters berekent de VLM de impactscore met behulp van een gedetailleerde impactscoretool. Die houdt rekening ​ met onder andere de gemiddelde veebezetting en de weersomstandigheden in 2020, 2021 en 2022. Het weer (voornamelijk de windrichting), beïnvloedt immers de plaats waar de emissies uiteindelijk neerkomen. Door 3 jaren door te rekenen, krijgen we een realistisch beeld. Om de gemiddelde veebezetting van elk van de 3 betrokken jaren te bepalen, wordt gebruik gemaakt van de gegevens uit de Mestbankaangifte voor het betrokken jaar.

Bedrijven kunnen via een bezwaarprocedure aanvullende gegevens aanleveren, waarna de impactscore opnieuw wordt berekend. Het stikstofdecreet bepaalt ook dat een herrekening dient te gebeuren bij wijzigingen van bijvoorbeeld habitatkaarten of zoekzones.

Minder bedrijven dan voorheen

In 2022 stonden 41 bedrijven op de lijst van de piekbelasters. De berekeningen waren toen gebaseerd op de emissies van het productiejaar 2015. Door de andere berekeningswijze die opgenomen is in het stikstofdecreet van 24 januari 2024 daalde het aantal piekbelasters. Daarnaast zijn er sinds 2015 ook een aantal bedrijven gestopt. Verschillende bedrijven zijn tenslotte ingegaan op het vrijwillig flankerend beleid en hebben hun veeteeltactiviteiten stopgezet of omgeschakeld, of hebben emissiereducerende technieken of PAS-maatregelen toegepast, waardoor hun emissies sterk daalden. ​

Flankerend beleid en begeleiding

Piekbelasters kunnen gebruik maken van het flankerend beleid dat voorzien is voor oranje bedrijven (impactscore hoger dan of gelijk aan 5%) en bedrijven gelegen in de maatwerkgebieden. Dat flankerend beleid voorziet compensatievergoedingen voor bedrijven die de veeteeltemissies vrijwillig en volledig stoppen.

Bedrijven die het houden van dieren vrijwillig en volledig willen stoppen, kunnen een aanvraag voor een vergoeding indienen bij de landcommissie via het Loket Landinrichting, als ze een impactscore hoger dan of gelijk aan 5% hebben. De landcommissie bepaalt de vergoeding op maat van het bedrijf. Die vergoeding is een compensatie voor het gebruiksverlies van de dieren, de gebouwen en het materiaal.

Bedrijven kunnen emissiereducerende technieken laten opnemen in hun omgevingsvergunning om te voldoen aan de PAS referentie 2030. Als hun impactscore hierbij onder de 50% zakt, dan worden ze niet langer als piekbelaster geïdentificeerd. Voor de toepassing van deze emissiereducerende technieken kunnen bedrijven beroep doen op VLIF-steun.

 

Wat na 2030?

Anders dan in het verleden wordt een bedrijf met een impactscore van meer dan 50%, niet meer automatisch geconfronteerd met een sluiting.

In eerste instantie wordt de kans geboden om te onderzoeken of er bijkomende inspanningen mogelijk zijn om de stikstofuitstoot te verminderen. Daarnaast blijft de mogelijkheid bestaan om vrijwillig in te stappen in het flankerend beleid, waarbij landbouwers een vergoeding kunnen ontvangen voor vrijwillige stopzetting.

Als een bedrijf tegen eind 2030 de impactscore niet onder de 50% krijgt, dan pas zal de vergunning vanaf 1 oktober 2029 ambtshalve worden aangepast. Dat kan leiden tot een afbouw van bepaalde activiteiten.

Vragen

Met vragen over het flankerend beleid kunt u bij de VLM terecht via het emailadres flankerendbeleidPAS@VLM.be. Er wordt gezorgd dat uw vraag bij de juiste overheidsinstantie terecht komt.

Leen Van den Bergh

Woordvoerder VLM

 

Contacteer ons

Leen Van den Bergh

Woordvoerder VLM

Juul Adriaens

Adjunct-woordvoerder VLM

Els Seghers

Adjunct-woordvoerder VLM

Persberichten in je mailbox

Door op "Inschrijven" te klikken, bevestig ik dat ik het Privacybeleid gelezen heb en ermee akkoord ga.

Over Vlaamse Landmaatschappij

De NV Vlaamse Landmaatschappij is een Extern Verzelfstandigd Agentschap van de Vlaamse overheid onder de bevoegdheid van de Vlaams minister van Omgeving en Landbouw en van de Vlaams minister van Binnenland, Steden- & Plattelandsbeleid, Samenleven, Integratie & Inburgering, Bestuurszaken, Sociale Economie en Zeevisserij.  

Onder het motto ‘Samen versterken we de open ruimte’ maakt de VLM werk van een milieu- en natuurvriendelijke landbouw, een klimaatrobuuste open ruimte en een vitaal platteland. Daarvoor verbinden we landbouw- en milieudoelen, investeren we in complexe openruimtedossiers en faciliteren we samenwerkingsverbanden. Zo bieden we een antwoord op maatschappelijke uitdagingen zoals de klimaatverandering, de achteruitgang van de bodem- en waterkwaliteit, de afname van de biodiversiteit en de leefbaarheid op het platteland.

Samen met lokale en bovenlokale belanghebbenden geven we het openruimtebeleid, het plattelandsbeleid en het mestbeleid vorm en voeren we het uit op het terrein. Zo dragen we samen met onze partners bij aan de realisatie van de Europese en Vlaamse natuur-, plattelands- en milieudoelen.

De VLM werd opgericht in 1988 en stelt ongeveer 600 personeelsleden te werk via 6 kantoren te Brugge, Gent, Brussel, Leuven, Herentals en Hasselt.

De foto's in onze perskamer zijn eigendom van de Vlaamse Landmaatschappij. Het gebruik van die foto's is toegestaan mits bronvermelding (copyright Vlaamse Landmaatschappij).

Neem contact op met