“Complexe vraagstukken in de open ruimte vragen om een geïntegreerde aanpak. Laat dat nu net in het DNA zitten van de VLM”
De VLM heeft een nieuw ondernemingsplan klaar voor de periode 2025-2029. We gingen langs bij Bart De Schutter, waarnemend gedelegeerd bestuurder, voor een woordje uitleg.
26 mei 2025

Dag Bart, wat is voor jou de rode draad van dit ondernemingsplan?
Met dit ondernemingsplan zetten we de bakens uit voor de manier waarop de VLM de komende jaren de grote uitdagingen in onze open ruimte zal aanpakken.
De rode draad van dit plan is voor mij helder samengevat in onze missie: “Samen versterken we de open ruimte." Alles wat we doen, vertrekt vanuit die overtuiging. We staan voor een open ruimte die veerkrachtig, leefbaar en toekomstgericht is, en dat kunnen we alleen realiseren door samen te werken met landbouwers, burgers, natuurorganisaties en andere overheden.
Drie kernthema’s vormen daarbij het fundament. We zetten in op natuur- en milieuvriendelijke landbouw, omdat landbouwers een sleutelrol spelen in het beheer van onze ruimte. We bouwen aan een klimaatrobuuste open ruimte, want de gevolgen van klimaatverandering zijn voelbaar en vragen om actie. De droogteperiode waar we nu mee kampen illustreert het belang hiervan. En we versterken een vitaal platteland, waar mensen graag wonen, werken en leven.
Wat die thema’s verbindt, is samenwerking. Die zit verweven in elk van onze doelstellingen. We geloven dat we alleen via partnerschappen en gedeeld eigenaarschap echte verandering kunnen realiseren. Dat is eigen aan de VLM: we brengen mensen samen, we verbinden beleid met praktijk en we zorgen ervoor dat plannen ook echt uitgevoerd worden op het terrein.
De VLM zal de komende jaren werken rond 6 strategische doelstellingen. Kun je ze even schetsen en vertellen waarom ze centraal staan?
In de eerste plaats richten we ons op landbouw. Landbouwers zijn cruciale beheerders van onze open ruimte. We willen hen ondersteunen en bewegen in de verdere transitie naar een toekomstgerichte, milieuvriendelijke bedrijfsvoering. Dat doen we onder andere met het mestbeleid om zo de water- en bodemkwaliteit in het landbouwgebied te verbeteren en met de inzet van beheerovereenkomsten om de biodiversiteit te verhogen.
Daarnaast zetten we volop in op samenwerking met heel wat partners. Klimaatverandering, biodiversiteitsverlies en voedselzekerheid vragen om een geïntegreerde aanpak. Daarom activeren we partnerschappen over beleidsdomeinen en bestuursniveaus heen, met een sterke rol voor lokale coalities. De werking van het Open Ruimte Platform en programma’s zoals Water-Land-Schap zijn daarvan mooie voorbeelden.
Een derde prioriteit is het terugdringen van luchtemissies uit de landbouw. Zo geven we mee invulling aan de Programmatische Aanpak Stikstof en het klimaatbeleid. Denk daarbij aan het erkennen van emmissiereducerende technieken en het flankerend beleid voor landbouwbedrijven.
We vergroten ook de weerbaarheid van de open ruimte tegen de effecten van klimaatverandering, zoals droogte en wateroverlast. Met onze instrumenten zoals landinrichting en de grondenbankwerking kunnen we gebieden klimaatbestendig inrichten.
Daarnaast bouwen we aan een structureel plattelandsbeleid. Het platteland heeft unieke uitdagingen die een eigen aanpak vragen. Via een breed plattelandspact zullen we samen met andere overheden en lokale actoren duurzame oplossingen tot stand brengen. Via de plattelandsbevraging die momenteel loopt kan iedereen die op de een of andere manier betrokken is bij het platteland zijn of haar stem laten horen.
Tot slot investeren we in onze eigen organisatie. We willen een moderne, innovatieve en waardegedreven overheidsorganisatie zijn, die inzet op digitalisering, data en klantgerichtheid.
Met deze zes doelstellingen zetten we onze schouders onder het Vlaams Regeerakkoord. Ze vormen samen een krachtig kompas voor de VLM en voor onze open ruimte.
Wat is de grootste uitdaging voor de VLM de komende jaren?
Net zoals elke organisatie ervaren we verschillende uitdagingen. Ik merk dat op het terrein steeds meer dynamiek ontstaat om lokale openruimteproblemen duurzaam op te lossen en dat we als VLM sterk bevraagd worden om onze expertise en instrumenten daarbij in te brengen. Dat stelt ons voor de vraag hoe we binnen een strakke budgettaire context onze middelen zo kunnen inzetten dat we de verschillende opdrachten, vragen, ideeën en plannen kwalitatief kunnen faciliteren en die dynamiek verder kunnen aanwakkeren. Daarvoor zullen we de komende jaren de krachten sterker moeten bundelen binnen het beleidsdomein Omgeving en daarbuiten. Ook zullen we moeten zoeken naar een gemeenschappelijke, verbindende taal waarin onze belanghebbenden zich herkennen.
Als ik er één element mag uitpikken dat in die gedeelde taal volgens mij centraal staat, dan is het de bodem. De bodem is letterlijk en figuurlijk de basis van alles: voor landbouwopbrengsten, voor biodiversiteit, voor waterbeheer. Een gezonde, levende bodem is cruciaal voor de voedselproductie, zorgt voor de rijkdom van ons ecosysteem en wapent ons tegen extreme weersomstandigheden door de klimaatverandering. Het is bovendien een cruciale hefboom in de strijd tegen klimaatverandering via de opslag van koolstof.
We maken vaak de vertaalslag van nieuw beleid naar uitvoering op het terrein. Dat gaat soms met hindernissen gepaard, zoals nieuwe regelgeving en administratie, en vraagt dus goede communicatie naar onze belanghebbenden. We gaan daarover graag met hen in gesprek om de administratieve lasten te verminderen zonder de beleidsdoelstellingen uit het oog te verliezen.
Waarin schuilt de kracht van de VLM?
Complexe vraagstukken in de open ruimte vragen om een geïntegreerde aanpak en net dat zit in het DNA van de VLM. We moeten werken aan vertrouwen om in onze beperkte open ruimte de verschillende belangen met elkaar te verzoenen. Samenwerken vraagt respect en begrip voor elkaars bezorgdheden.
Bij de VLM kunnen we bouwen op vele jaren aan expertise, terreinervaring, multidisciplinair en geïntegreerd samenwerken en de inzet van een aantal sterke instrumenten. We werken met een team van experten in hun vakgebied, die overtuigd zijn van het belang om hun kennis te delen.
We hebben een traditie om zowel met landbouw als natuur in dialoog te gaan en win-winoplossingen uit te dokteren. Ik ben ervan overtuigd dat we met dit nieuwe ondernemingsplan, dat aansluit bij de ambities van het regeerakkoord, verder het verschil zullen maken op het terrein.
Het ondernemingsplan is beschikbaar op de publicatiedatabank van de Vlaamse overheid.