Een gesprek met Hans Dereepere, melkveehouder uit Knesselare

Landbouwers met een laag nitraatresidu aan het woord

Hans Dereepere en zijn gezin uit Knesselare hebben een melkveebedrijf. Ze hebben een 60-tal melkkoeien en met het jongvee erbij hebben ze 100 runderen. Ze verbouwen gras, grasklaver, maïs, voederbieten, een mengeling van triticale en erwt. Daarnaast doen ze aan thuisverkoop, hebben ze een zorghoeve en geven ze boerderijonderwijs. Zo komt het vijfde leerjaar zes halve dagen naar hun bedrijf om over de boerenstiel bij te leren. Hans heeft het bedrijf overgenomen van zijn ouders en baat het samen met mijn vrouw uit. Hij is de vierde generatie landbouwers in zijn familie.

 

Wat is volgens u het geheim achter een laag nitraatresidu?

Werken op het land als de grond droog genoeg is. Niet werken op het land als de grond te nat is. Niet ‘bronselen’. Ja, dat is dialect van hier. Niet prutsen op uw land, uw land goed verzorgen. Dus wachten tot het droog genoeg is. Kijken naar het weerbericht en geen mest voeren als ze drie weken droog weer voorspellen. Uw datum afwachten en rekening houden met het weer. Doordat je uw land verzorgt en goed behandelt krijg je goede gewassen die de mest goed opnemen.

Wat merkt u op uw bedrijf van het veranderende klimaat? Speelt u daarop in?

Ja, we zien wel verschil, maar niet zoals bij sommige andere landbouwers. Vooral de bodem zijn werk laten doen. Niet te veel manipuleren met kunstmest bijvoorbeeld. ​

Merkt u iets van opbrengstverschil?

Ja, door de droogte hebben we 30% minder opbrengst gehad. Het gras viel mee. Bij het gras hebben we in het najaar nog een goede snede gehad, we hebben goed kunnen beweiden. De maïs stond maar 1,5 meter hoog, maar de maiskolven waren goed gevuld. Daarvoor teel je eigenlijk maïs, voor de voedingswaarde. Het moet dus toch wel zijn dat de maïs goed vocht heeft kunnen opnemen wanneer hij het nodig had.

Hebt u bepaalde zaken anders gedaan omwille van de droogte?

We mogen tot augustus mest voeren, maar de laatste keer voer ik begin juli. Omdat je daarna niet veel benutting meer hebt van de mest. Hier in de streek is er nog de gewoonte om de putten leeg te maken de laatste twee dagen voordat je moet stoppen met mest voeren en daar ligt volgens mij nog een groot probleem naar hoge nitraatresidu’s. En dat doe ik niet. Ik heb mestopslag genoeg. Dat is meestal het probleem bij andere landbouwers. Dat ze tot februari niet verder kunnen. Maar ik kan wachten tot het voorjaar om mest uit te rijden.

Laat u mest verwerken?

Neen, dat is niet nodig. Vroeger heb ik dat nog gedaan, maar toen hadden we nog varkens. Maar het is al zes jaar dat we geen varkens meer hebben.

En de koeien, hebt u plannen om die ook af te bouwen?

Neen, vroeger hadden we er 170, maar de laatste jaren zijn we aan het verminderen, zodat we qua grond en bemesting in evenwicht zijn. Zo moet ik geen mest afvoeren en moet ik minder voer aankopen. Als je het uitrekent verdien je er niet zoveel aan dan. Het is een beetje een tegendraadse keuze.

Is het een bewuste keuze om iets kleinschaliger te werken?

Jaja, zeker. De trend vandaag is wel omgekeerd, eerder uitbreiding.

Maar toch is dat voor u en uw familie economisch rendabel?

Ja, omdat we de grond niet hebben om uit te breiden en dan meer mest zouden moeten afvoeren en voeder moeten bijkopen. Als je het uitrekent verdien je er niet zoveel aan en heb je wel meer werk.

We weten nu ook beter wat we geven aan de dieren doordat we het zelf produceren. Je kunt meer sturen naar de voeding die je zelf wilt. Je grond wordt ook bemest door je eigen dieren. Doordat je eigen voeder geeft, heb je ook goede mest. We hebben ongeveer een gesloten kringloop. Het is enkel nog een beetje krachtvoer dat we aankopen, maar niet veel.

 

Wanneer bemest u?

Zoveel mogelijk in het voorjaar als de grond het toelaat. Waar de koeien grazen moet ik niet veel bemesten, dat brengen de koeien zelf naar de grond. En dan nog een deel maaiweiden waar ik kleine hoeveelheden opbreng, gemengd met water. Omdat dat een positief effect heeft, zeggen ze. Als je water bijmengt, neemt het gras de nutriënten beter op. Ze zakken dan direct naar de bodem. Onderzoek heeft dat uitgewezen, heb ik gelezen.

Is dat een courante techniek?

Hij begint ingang te vinden, vooral in Nederland zijn ze ermee bezig. Ik doe geen mestinjectie, maar breng de mest aan op de grond met een soort sleepslangsysteem. Volgens mij ligt een groot deel van het probleem van de te hoge nitraatresidu’s bij het injecteren, omdat je je bodemleven er faliekant door vermoordt. Je maakt eigenlijk een gleuf. De eerste 4-5 cm zit vol met leven en als je 35.000 liter per ha voert op 2-3 cm breed, vermoord je eigenlijk je bodemleven en de organismen die in de grond zitten. En daardoor heb je minder opname door het gras. Ik ben faliekant tegen mestinjectie. Ik hoop dan ook dat in MAP 7 mestinjectie niet wordt verplicht.

Moest de natuur mestinjectie nodig vinden, dan zouden de koeien hun mest zelf ingraven, dan zou dat zo geëvolueerd zijn. Maar die mestflap die de koeien leggen, als je die na een week eens omschept dan zie je dat die vol leven zit. Wormpjes, kleine beestjes, en die trekken die voedingstoffen allemaal de grond in en dat is één samenhang die grond.

Brengt u de mest in één keer op of maakt u gebruik van een basisbemesting met nadien een bijbemesting?

Ik bemest eerst in het voorjaar en dan vanaf mei, juni kleine hoeveelheden met 2/3 mest en 1/3 water. Moest ik het door een loonwerker laten doen, dan zou het me duur uitkomen omdat ik hem dan laat rijden met water, maar doordat ik het zelf doe valt het nog mee. En daardoor heb ik minder uitspoeling, denk ik. Ik zou content zijn als ze zouden beslissen dat je niet moet injecteren als je water toevoegt. ​

Hebt u vanggewassen ingezaaid?

Het is niet verplicht hier, omdat ik 75% grasland heb. Maar na ieder gewas zaai ik sowieso een vanggewas, meestal voor het ruwvoer van de dieren. En ook de bodem wil altijd bedekt zijn, dus je kunt hem maar bedekt houden.

Welke?

Grassen en éénjarige klavers, na maïs of na de mengeling van triticale. Het duurste dat we moeten aankopen is soja. Als je klavers zaait heb je meer eigen eiwitten en moet je het duurdere minder aankopen. Je kunt beter energie aankopen dan eiwit. ​

Hebt u tips voor andere landbouwers?

Een klein beetje geluk. En ook zeker wachten tot uw grond klaar is en als je bemest voor 4000 kg droge stof, moet je niet gaan maaien voor 2000 kg droge stof. De planten moeten toch kunnen opnemen wat ze krijgen. Dat zie ik ook als een probleem. Er wordt vroeger en vroeger gemaaid in het jaar en dan zijn nog niet alle nutriënten opgenomen.

De hoeveelheid mest dus afstemmen op de geplande oogst?

Ja. Vooral ook maïs na gras. Er zijn er veel die dat half april willen maaien, maar ze hebben nog maar drie weken geleden bemest. Ja, eerst moet die mest mineraliseren voor de planten die kunnen opnemen. En dan moet je de grond weer bewerken, dan heb je weer verlies doordat je hem bewerkt.

Naargelang de bemesting die je gedaan hebt, moet je toch de tijd geven aan de planten om die op te nemen.

Bedankt voor dit gesprek! ​

Dit interview is onderdeel van het artikel droge zomers en toch een laag nitraatresidu.

 

Persberichten in je mailbox

Door op "Inschrijven" te klikken, bevestig ik dat ik het Privacybeleid gelezen heb en ermee akkoord ga.

Over Vlaamse Landmaatschappij

De NV Vlaamse Landmaatschappij is een Extern Verzelfstandigd Agentschap van de Vlaamse overheid onder de bevoegdheid van de Vlaams minister van Justitie en Handhaving, Omgeving, Energie en Toerisme.  

Voor de Vlaamse Landmaatschappij zijn een veerkrachtige open ruimte vol leven en een dynamisch platteland het antwoord op uitdagingen als de verstedelijking, de klimaatverandering en de achteruitgang van de biodiversiteit. We versterken de open ruimte en het platteland door te investeren in bodem- en waterkwaliteit, biodiversiteit, ruimte voor voedsel en sociale cohesie. We zorgen voor een kwaliteitsvol landschap en een gezonde omgeving, waar het goed is om te leven en te werken en waar er ruimte is voor ontspanning. 

Samen met lokale en bovenlokale belanghebbenden geven we het openruimtebeleid, het plattelandsbeleid en het mestbeleid vorm en voeren we het uit op het terrein. Zo dragen we samen met onze partners bij aan de realisatie van de Europese en Vlaamse natuur-, plattelands- en milieudoelen.

De VLM werd opgericht in 1988 en stelt ongeveer 600 personeelsleden te werk via 6 kantoren te Brugge, Gent, Brussel, Leuven, Herentals en Hasselt.

De foto's in onze perskamer zijn eigendom van de Vlaamse Landmaatschappij. Het gebruik van die foto's is toegestaan mits bronvermelding (copyright Vlaamse Landmaatschappij).

Contact