Nieuw bemestingsseizoen start op 16 februari: bemest enkel als bodem het toelaat en de teelt het nodig heeft

Op 16 februari start het nieuwe bemestingsseizoen. In afwachting van een nieuw mestactieplan (MAP 7) blijven de maatregelen uit het zesde mestactieplan (MAP 6) van kracht. Er is wel een nieuwigheid door het stikstofdecreet. Om de emissies te beperken, moet drijfmest op niet-beteelde landbouwgrond voortaan onmiddellijk worden ingewerkt.

Heb aandacht voor drassige en bevroren gronden

Er mag nooit bemest worden op drassige of bevroren gronden. Dat heeft ook geen zin. De meststoffen spoelen dan te snel af richting het oppervlaktewater en kunnen niet in de bodem dringen. Ook om de bodemstructuur te beschermen, is het belangrijk om het land niet te vroeg te bewerken.

Geen derogatiemogelijkheden

Net zoals vorig jaar is er geen derogatie (afwijking) mogelijk op de bemestingsnormen. De Europese Commissie laat dit niet toe door de slechte waterkwaliteit in een groot deel van de gebieden in landbouwgebruik. De maximale bemestingsnormen van 170 kg N/ha uit dierlijke mest blijven van kracht. Mest die niet gebruikt kan worden, wordt opgeslagen of verwerkt.

Onmiddellijk onderwerken van mest op niet-beteelde landbouwgrond

Door het stikstofdecreet gelden er nieuwe regels rond vloeibare dierlijke en andere meststoffen (de zogenaamde ‘type 2’ meststoffen). Op niet-beteelde landbouwgronden moet de mest voortaan altijd onmiddellijk ingewerkt worden of via mestinjectie in de bodem gebracht worden.

Ook ureumhoudende kunstmeststoffen moeten voortaan onmiddellijk ingewerkt worden. Alternatieven zijn toedienen via injectie of gebruik maken van ureaseremmers.

Wat is ‘onmiddellijk’?

Onmiddellijk betekent dat het spreiden en inwerken van de meststoffen ofwel in één werkgang gebeurt, ofwel met twee vervoerscombinaties. Dat wil zeggen dat op hetzelfde perceel al een tweede vervoerscombinatie aanwezig is bij de start van het spreiden van de meststoffen, zodat onmiddellijk gestart kan worden met het onderwerken van de meststoffen nadat de eerste mesttank leeg is.

Aangezien het om een nieuwe maatregel gaat, zal de Mestbank in de eerste maanden sensibiliserend optreden.

Wat met grasland en beteelde landbouwgronden?

Bij bemesting op grasland worden dierlijke en andere meststoffen zo emissiearm mogelijk toegediend via zode-injectie, zodenbemester of sleufkouter. Tot 1 januari 2028 kan dat ook nog met sleepslangtechniek. Op grasland dat gescheurd zal worden, moeten de meststoffen ook direct ingewerkt worden na het spreiden. Op beteelde landbouwgronden die geen grasland zijn, kunnen de meststoffen aangewend worden met mestinjectie, zodenbemester, sleufkouter of sleepslangtechniek. Ook hier is het zo dat ureumhoudende kunststofmeststoffen voortaan onmiddellijk ingewerkt moeten worden. Alternatieven zijn toedienen via injectie of gebruikmaken van ureaseremmers.

Hou voldoende afstand tot waterlopen

De regels rond de minimumafstand van 5 meter tot waterlopen, waterbekkens, waterlichamen en moerassen blijven hetzelfde. Concreet mag je niet bemesten met dierlijke mest, kunstmest en andere meststoffen in een strook van 5 meter tot de waterloop of tot een waterlichaam. In VEN-gebieden en aan steile hellingen bedraagt die afstand 10 meter.

Wil je weten welke waterlopen en waterlichamen er op jouw grond liggen? Controleer het via de fotoplannen op het e-loket Agentschap Landbouw en Zeevisserij, de app LV-AgriLens of het Geoloket landbouw.

Geen bemesting voor percelen met de norm van 2GVE/ha

Percelen in natuurgebied waar de norm van 2GVE/ha (grootvee-eenheden per hectare) op jaarbasis van toepassing is, mogen niet worden bemest. Er is alleen begrazing door maximaal 2 grootvee-eenheden per hectare toegestaan.

Ben je niet zeker of je percelen hebt met ​ de norm van 2GVE/ha? Dat kun je nakijken op het Mestbankloket onder de rubriek gronden > bemestingsnormen > berekening bedrijfsafzetruimte 2023

Aandacht voor goede bemestingspraktijken

Heb je al gehoord van niet-kerende bodembewerking om het bodemleven te stimuleren? Of bladbemesting waardoor meststoffen sneller worden opgenomen?

In de documentaire Mestmeesters zet de VLM vier landbouwers in de kijker die dankzij duurzame technieken erin slagen om lage nitraatresidu's te behalen. Zij dienen meststoffen gefractioneerd toe en maken gebruik van een bemestingsadvies om de juiste dosis te bepalen. Door daarnaast goed voor hun bodem te zorgen, dragen ze bij aan een betere waterkwaliteit en zorgen ze voor voedselproductie die in evenwicht is met de omgeving.

Ontdek alle tips & tricks in de documentaire Mestmeesters

B3W, de Begeleidingsdienst voor Betere Bodem- en Waterkwaliteit, gefinancierd door de Vlaamse Landmaatschappij, staat ook dit jaar weer voor je klaar met tips voor een correcte en beredeneerde bemesting, een gezond nitraatgehalte en een duurzaam bodem- en nutriëntenbeheer. In thematische uitwisselingsmomenten getuigen landbouwers zelf over hoe ze dit aanpakken. Via de blogs kan je bovendien de overtuigingsvelden op de voet opvolgen.

Bekijk ook zeker de tools ontwikkeld om landbouwers te ondersteunen om beredeneerd de basisbemesting te bepalen in aardappelen en groenten. Met de meststofkiezer kan je je bemestingsadvies invullen met verschillende meststoffen en ze juist doseren.

Meer info op: https://www.b3w.vlaanderen.be

 

Meer info

Bart De Schutter

Afdelingshoofd Mestbank

Leen Van den Bergh

Woordvoerder VLM

 

 

Persberichten in je mailbox

Door op "Inschrijven" te klikken, bevestig ik dat ik het Privacybeleid gelezen heb en ermee akkoord ga.

Over Vlaamse Landmaatschappij

De NV Vlaamse Landmaatschappij is een Extern Verzelfstandigd Agentschap van de Vlaamse overheid onder de bevoegdheid van de Vlaams minister van Vlaams minister van Omgeving en Landbouw en van de Vlaams minister van Binnenland, Steden- & Plattelandsbeleid, Samenleven, Integratie & Inburgering, Bestuurszaken, Sociale Economie en Zeevisserij.  

Voor de Vlaamse Landmaatschappij zijn een veerkrachtige open ruimte vol leven en een dynamisch platteland het antwoord op uitdagingen als de verstedelijking, de klimaatverandering en de achteruitgang van de biodiversiteit. We versterken de open ruimte en het platteland door te investeren in bodem- en waterkwaliteit, biodiversiteit, ruimte voor voedsel en sociale cohesie. We zorgen voor een kwaliteitsvol landschap en een gezonde omgeving, waar het goed is om te leven en te werken en waar er ruimte is voor ontspanning. 

Samen met lokale en bovenlokale belanghebbenden geven we het openruimtebeleid, het plattelandsbeleid en het mestbeleid vorm en voeren we het uit op het terrein. Zo dragen we samen met onze partners bij aan de realisatie van de Europese en Vlaamse natuur-, plattelands- en milieudoelen.

De VLM werd opgericht in 1988 en stelt ongeveer 600 personeelsleden te werk via 6 kantoren te Brugge, Gent, Brussel, Leuven, Herentals en Hasselt.

De foto's in onze perskamer zijn eigendom van de Vlaamse Landmaatschappij. Het gebruik van die foto's is toegestaan mits bronvermelding (copyright Vlaamse Landmaatschappij).

Neem contact op met