Wat als landbouwers door huidige wateroverlast niet kunnen voldoen aan de vanggewasregeling?

Mestbank houdt rekening met situatie van overmacht

Landbouwers getroffen door wateroverlast

De aanhoudende regen van de voorbije weken heeft onder andere in de Westhoek de akkers en velden onder water gezet. Door die situatie van overmacht konden getroffen landbouwers sommige gewassen voorlopig niet ​ oogsten en kunnen ze vanggewassen of nateelten die de resterende stikstof uit de bodem moeten halen niet tijdig inzaaien.

De vanggewasregeling is er gekomen om uitspoeling van nitraat naar het grond- en oppervlaktewater te voorkomen en zo bij te dragen aan een betere waterkwaliteit. Bovendien kan een vanggewas stikstof aanleveren aan de volgteelt in het voorjaar en kan er daardoor mogelijk minder bemest worden. Landbouwers zijn dan ook verplicht om aan de vanggewasregeling uit MAP 6 te voldoen.

Meer info over de vanggewasregeling: zie website VLM

Over welke punten uit de vanggewasregeling gaat het?

De landbouwer kan op verschillende manieren voldoen aan het verplicht doelareaal vanggewassen door in gebiedstype 2 en 3:

  • op percelen uiterlijk op 15 september een vanggewas in te zaaien;
  • op percelen uiterlijk op 15 oktober een vanggewas in te zaaien na een hoofdteelt niet-vroege aardappelen en maïs;
  • op percelen bij het planten van de hoofdteelt maïs, gras in onderzaai in te zaaien;
  • op percelen met een niet-nitraatgevoelige hoofdteelt een laag-risico nateelt in te zaaien.

De landbouwer kan ook kiezen voor equivalente maatregelen, in plaats van bovenstaande maatregelen. De meest populaire is die van de inzaai van wintergranen of wintervlas na een nitraatgevoelige hoofdteelt. De Mestbank besliste eerder al om de uiterste inzaaidatum van het wintergraan of wintervlas met 2 weken uit te stellen tot 30 november.

Door de extreem natte weersomstandigheden is het op dit moment onmogelijk om het land te bewerken. Vooral de inzaai van wintergranen is sterk gehypothekeerd. Landbouwers die voor de vanggewasregeling gekozen hebben voor een laag-risico nateelt na een niet-nitraatgevoelige hoofdteelt of voor de equivalente maatregel ‘Wintergranen of wintervlas na een nitraatgevoelige hoofdteelt’ komen in de problemen met de vanggewasregeling.

Overheid heeft begrip voor situatie van overmacht

Bij de evaluatie van de vanggewasverplichting zal de Mestbank dan ook rekening houden met de overmachtssituatie.

De landbouwers moeten de nateelt en de code EQW niet aanpassen in de verzamelaanvraag; ook al worden de gewassen niet meer ingezaaid. Dat geldt zowel voor de laag-risico nateelt na een niet-nitraatgevoelige hoofdteelt als voor de equivalente maatregel ‘wintergranen of wintervlas na een nitraatgevoelige hoofdteelt’. Op die manier worden de percelen waar wintergraan of wintervlas aangegeven is, meegeteld als voldaan.

De Mestbank gaat ervan uit dat daar waar kon ingezaaid worden, dat ook gebeurd is. Waar het niet gebeurd is, zullen de wintergranen wellicht niet meer tijdig ingezaaid kunnen worden zonder de bodemstructuur ernstig te schaden.

Teeltcontroles zijn in de huidige omstandigheden moeilijk tot onmogelijk.

Als er op het terrein toch vaststellingen gedaan worden dat de teelt er niet staat (niet ingezaaid is geraakt of mislukt is door de regen en iets anders is ingezaaid volgend voorjaar), dan kan dat via bezwaarbehandeling opgevangen worden. Landbouwers met een brede weersverzekering kunnen hun verslagen voorleggen. De Mestbank raadt aan om foto’s te nemen van de situatie van overmacht. Landbouwers moeten die foto’s niet doorsturen maar enkel achter de hand houden bij eventueel vastgestelde afwijkingen.

 

 

Voor meer inhoudelijke informatie:

Sabine De Mulder, diensthoofd Dataverwerking en -analyse, Mestbank
TEL 02 543 76 01

sabine.demulder@vlm.be

 

Voor meer persinformatie:

Leen Van den Bergh, diensthoofd Communicatie en woordvoerder VLM
GSM 0499 05 26 03

leen.vandenbergh@vlm.be

 

 

 

Persberichten in je mailbox

Door op "Inschrijven" te klikken, bevestig ik dat ik het Privacybeleid gelezen heb en ermee akkoord ga.

Over Vlaamse Landmaatschappij

De NV Vlaamse Landmaatschappij is een Extern Verzelfstandigd Agentschap van de Vlaamse overheid onder de bevoegdheid van de Vlaams minister van Vlaams minister van Omgeving en Landbouw en van de Vlaams minister van Binnenland, Steden- & Plattelandsbeleid, Samenleven, Integratie & Inburgering, Bestuurszaken, Sociale Economie en Zeevisserij.  

Voor de Vlaamse Landmaatschappij zijn een veerkrachtige open ruimte vol leven en een dynamisch platteland het antwoord op uitdagingen als de verstedelijking, de klimaatverandering en de achteruitgang van de biodiversiteit. We versterken de open ruimte en het platteland door te investeren in bodem- en waterkwaliteit, biodiversiteit, ruimte voor voedsel en sociale cohesie. We zorgen voor een kwaliteitsvol landschap en een gezonde omgeving, waar het goed is om te leven en te werken en waar er ruimte is voor ontspanning. 

Samen met lokale en bovenlokale belanghebbenden geven we het openruimtebeleid, het plattelandsbeleid en het mestbeleid vorm en voeren we het uit op het terrein. Zo dragen we samen met onze partners bij aan de realisatie van de Europese en Vlaamse natuur-, plattelands- en milieudoelen.

De VLM werd opgericht in 1988 en stelt ongeveer 600 personeelsleden te werk via 6 kantoren te Brugge, Gent, Brussel, Leuven, Herentals en Hasselt.

De foto's in onze perskamer zijn eigendom van de Vlaamse Landmaatschappij. Het gebruik van die foto's is toegestaan mits bronvermelding (copyright Vlaamse Landmaatschappij).

Neem contact op met